Franka Bentvelsen

De jeneverbessen moeten vrij staan zodat ze niet worden ingesloten door sneller groeiende planten. Samen met de andere Junior Rangers zorg ik hiervoor

Franka Bentvelsen is meestal met de Junior Rangers in Nationaal Park Dwingelderveld te vinden. De rangers hebben hier een terrein in het Lheebroekerzand geadopteerd.  Hier zorgen ze ervoor dat de jeneverbessen vrij staan, zodat ze niet worden ingesloten door de snellere groeiers. Samen met de andere rangers organiseert ze activiteiten, onder andere een zomerkamp. Uiteraard is er bij alle activiteiten veel aandacht voor natuur. Ook is er regelmatig een uitwisseling met Junior Rangergroepen van andere nationale parken. Franka: “We hebben een hele leuke groep van 23 Junior Rangers. Vanaf halverwege de basisschool ben ik al lid van IVN en later ben ik doorgegaan naar de rangers omdat ik natuur leuk vind om in te wandelen en activiteiten in te doen. Het Nationaal Park Dwingelderveld kent nog veel rustige en bijzondere plekken waar je kunt genieten van het uitzicht, de geuren en geluiden van de natuur. Wanneer je dan op een tak in het zonnetje zo’n plek hebt gevonden is het genieten. Daarnaast houd ik van het werken in ons adoptieterrein.”  

 

Kampvuur
Wat Franka het leukst vindt in het nationaal park? Haar ogen gaan glimmen als ze vertelt: Mijn leukste ervaringen zijn de zomerkampen waar je met leeftijdsgenoten diverse activiteiten in het nationaal park doet. Met zijn allen verhalen vertellen aan het kampvuur. Het liefst komt ik op die plekken waar je een mooi uitzicht hebt en natuurlijk het adoptieterrein Lheebroekerzand. Het nationaal park heeft vele mooi plekken met een wijds uitzicht. Vrolijke mensen wandelen en fietsen door het park, daar kan ik van genieten.” 

 

Franka hoopt heel erg dat mensen het Nationaal Park Dwingelderveld kunnen blijven bezoeken, dat het een mooi groot park blijft: “Hopelijk blijven de mensen zich verwonderen over de natuur en willen zij zich actief voor de natuur inzetten. En hopelijk beleven de mensen ontspanning en plezier in het park, ook in de toekomst. 

Niels Ike

Ik kwam hier als kind en nu onderneem ik met onze kinderen dezelfde dingen die ik vroeger leuk vond.

Niels Ike is samen met zijn vrouw Shirley eigenaar van Camping Diever en het Natuureducatie Centrum Drents Friese Woud. De liefde voor het nationaal park Drents Friese Wold geven ze maar wat graag door aan hun twee kinderen.  

 

Groot en divers
Niels: ”Het nationaal park is ontzettend groot, je kunt hier uren wandelen maar ook prachtig fietsen. Van het ene gebied wandel je zo door naar een ander mooi stuk natuur. Vele stukken natuur zijn hier verschillend van elkaar. Zo heb je de mooie bossen maar ook het Aekingerzand, een grote zandvlakte waarover je kunt wandelen of fietsen. Het is een ontzettend divers gebied, dat maakt het echt uniek. De verschillen in flora en fauna zijn geweldig. Ondanks dat ik hier al jaren kom ga ik nog graag op ontdekking uit.

Zowel Niels als Shirley hebben een lievelingsplek in het nationaal park. Niels: “Het gebied rond Oude Willem vind ik een prachtige plek waar ik altijd graag kom. Hier komen drie verschillende gebieden van het Drents Friese Wold samen en is altijd veel te zien. Shirley is het liefst bij het Aekingerzand. Als kind ging ze hier fietsen met haar moeder en dan gingen ze picknicken. 

 

Genieten
Niels was als klein kind ook al regelmatig in het Drenst Friese Wold: “kikkers en salamanders vangen in de sloten en vennen vond ik geweldig, dat doe ik nu zelf ook met mijn kinderen. Maar ook sporen zoeken, huttenbouwen en dieren spotten vinden we fantastisch om te doen. Tijdens het fietsen met ons gezin hebben we nu meerdere keren een mooie vos gezien, maar ook een ree met een kalf. Prachtig. Het maakt mij gelukkig en ik geniet er enorm van om deze mooie dieren in de natuur te kunnen zien. Ik hoop dat volgende generaties net zo als wij van de natuur kunnen blijven genieten, samen met de kinderen in dit prachtige natuurgebied. Lekker fietsen en wandelen en uiteraard herinneringen maken. Hopelijk blijft het Nationaal Park Drents Friese Wold zo divers als het is en kunnen wij nog jaren lang van deze mooie flora en fauna genieten.” 

Hilly Boers

Als ik wandel, is er altijd wel iets dat verrast: een plantje dat me opvalt of een grazende ree. De natuur verveelt nooit!

Hilly is ruim een half jaar met pensioen en is sindsdien bijna dagelijks te vinden in Nationaal Park Dwingelderveld waar ze graag wandelt en geniet van alles wat zij om zich heen hoort en ziet: “Ik wandel graag alleen, maar vind het ook fijn om samen met anderen op pad te gaan in het park. Als ik alleen wandel, kijk ik meer om mij heen en is er ruimte voor reflectie. Als ik met anderen wandel, gaat het meer om de gesprekken en het samenzijn.” 

 

Achtertuin
Hilly: “Het Dwingelderveld is zogezegd mijn achtertuin, ik ben hier opgegroeid. Het voelt vertrouwd en toch is het iedere keer anders. Als ik wandel, is er altijd wel iets dat verrast: een plantje dat me opvalt of een grazende ree. De natuur is altijd in ontwikkeling en daarom verveelt het nooit! Het liefst ga ik graag naar de Dwingeloose heide. Ik hoop dan de arnica te zien of de klokjesgentiaan.” 

 

Als kind al ging ik met mijn ouders naar de heide, het voelt heel ‘eigen’. Ik heb leren schaatsen op een bosvennetje en met de slee gingen we van een heuvel af. We plukten krenten als we uit het zwembad kwamen en zo kan ik nog wel even doorgaan. Ja, ik denk dat mijn kindertijd wel de basis is geweest voor mijn liefde voor het nationaal park. Ik heb veel fijne herinneringen aan de struin-, wandel- en fietstochten en ik ben dankbaar dat ik hier ben opgegroeid.  

 

Zuinig zijn op natuur
Wat ik zou willen doorgeven aan volgende generaties? “Probeer bewust te genieten van de natuur en besef dat we er zelf onderdeel van zijn. Ik zou willen dat we met elkaar kunnen genieten van het nationaal park, dat er ruimte is voor planten, dieren, mensen. Mensen willen graag buiten zijn, recreëren en ontspannen. Daar moet, naast de zorg voor de biodiversiteit en het klimaat enzovoort rekening mee gehouden worden en ik denk dat dit heel goed mogelijk is, als we zuinig zijn op de natuur en op elkaar!”